GRONINGEN - De voorzieningenrechter heeft op 21 december 2022 uitspraak gedaan in een zaak waarin de burgemeester van Groningen coffeeshop de Driemaster heeft gesloten voor vier maanden wegens de aanwezigheid van een te grote handelsvoorraad softdrugs, meer dan de toegestane 500 gram. De Driemaster heeft gevraagd het besluit van de burgemeester op te schorten tot op het bezwaar tegen het besluit is beslist.


De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de burgemeester bevoegd is de Driemaster te sluiten. Zo is er in de kelder en in een geheime bovenruimte bruto iets meer dan 18 kilo softdrugs aangetroffen (gewogen met het verpakkingsmateriaal). Dat is meer dan de toegestane 500 gram. De burgemeester heeft deze softdrugs niet actief opgespoord, wat tegen de gemaakte afspraken zou zijn, maar er is sprake van bijvangst in een financieel onderzoek van de FIOD. In dat geval mag de burgemeester in actie komen.

Achterdeurproblematiek

De voorzieningenrechter heeft verder geoordeeld dat het beleid dat de handelsvoorraad softdrugs maximaal 500 gram mag zijn, redelijk is. De Driemaster heeft gewezen op de achterdeurproblematiek: de softdrugs die verkocht worden, moeten worden aangevoerd. Die aanvoer valt niet onder het gedoogbeleid. Omdat de vraag naar softdrugs is toegenomen, moet de maximale handelsvoorraad van 500 gram meerdere keren per dag (illegaal) worden aangevuld. Die achterdeurproblematiek is volgens de voorzieningenrechter iets waarmee exploitanten rekening moeten houden bij de exploitatie van hun coffeeshop. De burgemeester hoeft in zijn beleid de bevoorrading van coffeeshops met softdrugs niet te gedogen. Daarnaast heeft de Driemaster gewezen op de Wet experiment gesloten coffeeshopketen, waarin het toestaan van een grotere handelsvoorraad is beoogd, maar dit experiment zit nog slechts in de voorbereidende fase.

Sluiting coffeeshop is evenredig

Tot slot heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat de sluiting evenredig is. Er is sprake van een aanzienlijke overschrijding van de toegestane handelsvoorraad softdrugs. In het drugscircuit zal bekend zijn dat er een grote hoeveelheid softdrugs naar de Driemaster is vervoerd en in de Driemaster aanwezig is. Dit kan leiden tot ripdeals en inbraken. Verder is de verwijtbaarheid van de Driemaster voldoende vast komen te staan. De fysieke aanpassingen in het pand duiden op een structurele omzeiling van het criterium dat de handelsvoorraad softdrugs maximaal 500 gram mag zijn. Tot slot heeft de burgemeester voldoende rekening gehouden met de gevolgen van de sluiting voor de Driemaster.

De voorzieningenrechter schorst het besluit daarom niet.